Verwarming en koeling

Verwarming en koeling

Hieronder wordt verstaan alle installaties bedoeld voor het verwarmen van ruimten waar wordt gewoond en/of gewerkt.

  1. Kachel/haard (op hout, turf en kolen)
  2. IJskelders, ijshuizen en koelhuizen
  3. Centrale verwarming (op hout, kolen, olie en gas)
  4. Stoomverwarming (lage- en hogedruk)
  5. Schoorstenen/schoorsteensystemen (woningen/niet-woningen; fabrieksschoorstenen)
  6. Elektrische verwarmingstoestellen (straalkachel, radiator, convector, ribbenbuis, ventilatorkachel, stralingspaneel, accumulerende nachtstroomkachel, verwarmingskabel en bijzondere toestellen)
  7. Gasradiatoren
  8. Luchtverwarming
  9. Stadsverwarming
  10. Infraroodverwarming
  11. Airco/warmtepomp

Het is de bedoeling van de hierboven genoemde soorten verwarming de historische ontwikkeling in tekst, beeldmateriaal en tijdlijnen verder uit te werken en via deze website inzichtelijk te maken.

Enkele belangrijke jaartallen in relatie tot de historische ontwikkeling van verwarmingsinstallaties (de opsomming is niet-limitatief en in ontwikkeling)

  • Romeinse tijd; luchtverwarming in vloeren en wanden (hypocaustum)

  • 1745; uitvinding centrale verwarming m.b.v. stoom door de Engelsman William Cook

  • 1784; James Watt ontwikkeld een variant op de centrale verwarming door stoom en past deze toe in zijn eigen huis

  • 19e eeuw; ontwikkeling en grootschalige toepassing van centrale verwarming d.m.v. stoom onder hoge druk in Engelse fabrieken

  • 1808; herontdekking techniek luchtverwarming door de Engelsman A.H. Barker

  • 1825; toepassing heteluchtverwarming in landhuis Landfort te Megchelen (Gld)

  • 1840-1851; luchtverwarmingssysteem in het Coolsingelziekenhuis te Rotterdam door arch. W.N. Rose

  • 1880; ontwikkeling vergelijkbaar systeem van centrale verwarming d.m.v. stoom in Duitsland, maar dan onder lage druk in combinatie met gegoten ijzeren ‘registers’ (ledenradiatoren, ribbenbuizen of ribbenkachels)

  • 1923; stadsverwarming te Utrecht voor het algemeen Ziekenhuis in Utrecht

  • 1924; eerste keer in Nederland olie en aardgas uit eigen bodem

  • 1935; tentoonstelling van het Shunt schoorsteensysteem op de wereldtentoonstelling te Brussel. In België werd het daarna al snel toegepast. In Nederland duurde dat nog tot 1946.

  • 1946; proefwoningen in Rotterdam werden uitgevoerd met o.a. het Shunt schoorsteensysteem en de brandweer oordeelde gunstig over dit systeem. Daarna bracht firma E.M. v.d. Pol’s Handelsonderneming het Shunt schoorsteensysteem op de markt. Zie voor de opbouw en werking van dit systeem het artikel over het Shunt schoorsteensysteem elders op de website.

  • 1947; oprichting van de Nederlandsche Aardolie Maatschappij (NAM)

  • 1947; besluit tot het aanleggen van stadsverwarming in Rotterdam met eerste levering in 1949

  • 1951; de eerste 1200 huizen in Coevorden werden aangesloten op aardgas

  • 1954; verkoop en transport van aardgas ondergebracht bij de toenmalige Rijksdienst voor de Gasvoorziening (RvdG)

  • 1957; de RvdG ging over in het Staatsgasbedrijf (SGB)

  • 1959; ontdekking aardgasveld bij Slochteren

  • 1963; de Groningse Gasunie start met de distributie van aardgas

  • 1963; eerste CV-ketel op aardgas, geproduceerd door de firma Vanandel N.V. te Rotterdam

  • 1963; in Groningen eerste flat voorzien van aardgasgestookte CV-ketels van Vanandel

  • 1965; Diplomat-ketel op de markt door firma Diepenbrock & Reigers uit Ulft

  • 1973; Oliecrisis

  • 1981; eerste VR- en HR-ketels op de markt

  • 1985; Egmond aan Zee als laatste gemeente op het vaste land aangesloten op aardgas

  • 1986; Vlieland als laatste aangesloten op aardgas

  • 2006; graangestookte CV-ketel op de markt

Tijdlijn historische ontwikkeling verwarming; Concept; versie 23-05-2022

Nieuwsbrief
Willard van Reenen

Nieuwsbrief #05

De vijfde nieuwsbrief over historische installaties, gereedschappen/ werktuigen en machines is uit. Inhoudsopgave nieuwsbrief: VOORWOORD ONTWIKKELINGEN OP DE WEBSITE – reacties van lezers HISTORISCH GEREEDSCHAP

Lees verder »